De meeste mensen met een flexibel contract krijgen uiteindelijk geen vaste aanstelling. In een periode van vijf jaar mogen twee op de vijf werknemers daarop rekenen.
Dat blijkt uit een publicatie van het Amsterdams Instituut voor ArbeidsStudies (AIAS) van de Universiteit van Amsterdam.
Het instituut onderzocht welke werknemers in de 'flexibele schil' doorstromen naar een vaste baan. Het gaat daarbij om uitzendkrachten, payrollers en personeel met een contract zonder vaste arbeidsduur, zoals een nulurencontract of oproepcontract. Ook zelfstandige ondernemers worden tot de flexibele schil gerekend.
Problemen
Uit het onderzoek blijkt dat twee op de vijf flexwerkers binnen vijf jaar een vaste baan krijgen. Bovendien komt bijna de helft (46 procent) na die tijd zonder werk te zitten. Uitzendkrachten zitten relatief kort in de flexibele schil, maar ook zij lopen een vaste aanstelling vaak mis. Een op de vijf krijgt ergens een vast contract.
Hoogopgeleiden
Hoogopgeleide mensen hebben gemiddeld gezien een grotere kans op een vaste baan dan laagopgeleiden. Na vijf jaar heeft ruim de helft van de hoger opgeleiden een vaste baan, van de lager opgeleiden 28 procent.
Het aantal werkers in de flexibele schil nam tussen 2003 en 2015 toe van 2,1 miljoen naar 3,3 miljoen mensen. Dat is zo'n 40 procent van alle werkenden in Nederland.
Bron: NU.nl
