Tweemaal per jaar wordt het minimumloon aangepast met als gevolg dat ook de hoogte van uitkeringen verandert. Bovendien worden sommige regelingen vanaf 1 juli van kracht terwijl andere juist aflopen. Een overzicht.
Bijstand, IOAW, IOW
De basis van veel regelingen is het wettelijk minimum loon, zo stijgt of daalt de AOW en bijstand als het minimumloon verandert. Per 1 juli aanstaande ontvangen alle werknemers van 22 jaar en ouder bruto € 1565,40 bij een fulltime dienstverband. Een volledige bijstandsuitkering bedraagt dan voor een alleenstaande € 986,52 bruto per maand. Gehuwden waarvan beide echtgenoten jonger zijn dan de pensioengerechtigde leeftijd, ontvangen samen maandelijks € 1.409,31 bruto vanaf 1 juli 2017. Ook oudere of gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers, die een IOAW of IOW uitkering ontvangen, krijgen nu deze bedragen bruto per maand. Andere normbedragen vindt u hier: www.rijksoverheid.nl
AOW
Net als de bijstand is ook de AOW gekoppeld aan het minimumloon. Per 1 juli zijn dus ook de bedragen die AOW-gerechtigden ontvangen aangepast. De gehuwden-AOW, is 50 procent van het minimumloon, ofwel € 801,05, dat is € 6,46 meer dan de AOW van 1 januari 2017. Dit bedrag is inclusief de inkomensondersteuning AOW van € 25,56, maar exclusief de opbouw vakantiegeld van € 50,18 per maand. Hebben twee gehuwden beiden een volledige AOW-opbouw, dat is 50 jaar lang voor de eerste AOW een opbouw van 2 procent per jaar, dan ontvangen ze samen € 1576,54 bruto per maand. Alleenstaanden gaan ook meer AOW ontvangen, de 70 procent van het minimumloon bedraagt vanaf 1 juli 2017 € 1161,69 bruto, € 8,34 meer dan ze in juni nog ontvingen. Daarnaast bouwen ze vanaf 1 juli 2017 € 70,26 aan vakantiegeld op. Meer AOW-bedragen vindt u hier: www.svb.nl
Wonen
De huur gaat voor velen op 1 juli weer iets omhoog. Hoeveel de huurverhoging is hangt af van het inkomen per jaar, de leeftijd en gezinsgrootte. Huishoudens die in totaal een inkomen hebben tot € 40.349 krijgen maximaal 2,8 procent huurverhoging. Is het huishoudinkomen hoger, dan mag de huurverhoging zelfs maximaal 4,3 procent zijn. Tenminste als de huur niet hoger is dan € 710,68 per maand. Bij een hogere huur is er sprake van de vrije sector en is de huurverhoging niet aan een maximum gebonden. AOW’ers en gezinnen die uit tenminste 4 personen bestaan hebben van deze inkomensafhankelijke huurverhoging geen last. Voor hen mag de huurverhoging maximaal 2,8 procent bedragen.
Bent u het met de huur niet eens (bij huren tot € 710,68 per maand), dan kunt u met het puntenstelsel uitrekenen of de bij u in rekening gebrachte huur correct is. Bij dit puntenstelsel telt niet alleen het aantal kamers en voorzieningen, ook de WOZ-waarde is van belang. Bent u het met de aan u berekende huur niet eens, vraag dan de huurcommissie (telefoonnummer 1400) te bemiddelen. Voor huizenkopers geldt dat de NHG-grens per 1 januari 2017 een garantiebedrag (kostengrens) van € 247.450 zonder Energiebesparende Voorzieningen (EBV) en € 259.700 met EBV. Per 1 januari 2018 worden de bedragen aangepast naar de gemiddelde huizenprijs. Vanaf 1 januari 2018 mag de hypotheek niet hoger zijn dan de woningwaarde. De kosten koper moet de koper zelf kunnen betalen.
Vergoedingen bij telecomstoringen
Nieuw vanaf 1 juli 2017 is dat consumenten een vergoeding van hun provider krijgen als er een storing is die tenminste 12 uur duurt. Dus als de televisie, het internet of de telefoon langer dan 12 uur is uitgevallen, bestaat er een recht op compensatie. Is de storing tussen de 12 en 24 uur, dan is recht op tenminste een dertigste deel van de maandelijkse abonnementskosten. Tussen de 24 en 48 uur storing geeft recht op minimaal twee dertigste deel van de abonnementskosten. Heb je geen abonnement, maar bel je prepaid, dan is de vergoeding bij storing per 24 uur tenminste € 0,50. Het minimumbedrag bij zowel abonnement als bij prepaid is 1 euro.
Bellen met de klantenservice
Bellen met de klantenservice wordt goedkoper als het telefoonnummer begint met 0900, 0906 of 0909. Tot nu mocht zo’n telefoonnummer maximaal € 1 kosten. Vanaf 1 juli mogen de kosten niet hoger zijn dan de normale belkosten.
Pech voor lijfrente
Loopt de koopsompolis of lijfrenteverzekering af en moet je die omzetten in een uitkerende lijfrente, dan is het vanaf 1 juli niet meer mogelijk om een zogenoemde knip in de polis aan te brengen. Met deze knip was het mogelijk om eerst een uitkering voor twee jaar af te spreken om daarna tegen een (hopelijk) hogere rente het restbedrag in te zetten voor een uitkering. Er is nog even gesproken over de mogelijkheid om deze knip te handhaven en zelfs te verlengen naar vijf jaar, maar dat is op niets uitgelopen. De enige mogelijkheid om van de expirerende lijfrente een aantrekkelijke lijfrente te kopen is te wachten tot de rente oploopt. Die mogelijkheid bestaat voor de kopers van een nieuwe regime lijfrente (na 1992) tot vijf jaar nadat de eerste AOW is ontvangen.