Inboedelverzekering: reparatie voldoet

Getty Images

Een inboedelverzekeraar die een beschadigde bank wil laten repareren, biedt daarmee een redelijke oplossing. De verzekeraar hoeft daarom de nieuwwaarde van de bank niet te vergoeden.

Dat blijkt uit een niet-bindend advies van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening van het Kifid. De bank van een verzekerde raakte beschadigd door schroeischade van een sigaret in de zitting en de rugleuning. De verzekerde schakelde de inboedelverzekering in, die een herstelbedrijf stuurde. Het bleek mogelijk de schade te herstellen, maar daarbij zou een 'minimale zichtbaarheid' resteren. De verzekerde wilde dat niet. Daarop keerde de verzekering 900 euro uit; 1000 euro waardevermindering van de bank die 3000 euro had gekost, minus het eigen risico van 100 euro. De verzekerde vond dat te weinig en stapte naar de Geschillencommissie.

Economisch verantwoord

De Geschillencommissie pakte de polisvoorwaarden erbij. Bij spullen die economisch verantwoord gerepareerd kunnen worden, krijgt de verzekerde niet de nieuwwaarde vergoed, zo stond daar. Economisch verantwoord betekent dat de reparatiekosten kleiner zijn dan het verschil tussen de waarde vóór en de waarde ná de schade. In zo'n geval vergoedt de verzekering de reparatiekosten plus de eventuele waardevermindering. Op basis van die voorwaarde concludeerde de Geschillencommissie dat de verzekeraar juist had gehandeld. Door reparatie aan te bieden voldoet de verzekeraar aan zijn verplichtingen en is hij in dit geval niet verplicht de nieuwwaarde te vergoeden. De verzekerde kon kiezen tussen reparatie en een vergoeding van de waardevermindering.

Bron: www.kifid.nl

Auteur