Gemeentelijke belastingen stijgen fors
De gemeentelijke belastingen stijgen dit jaar fors: in totaal hopen de Nederlandse gemeenten 11,3 miljard euro op te halen, dat is 4,4 procent meer dan in 2020.
Dat meldt de Telegraaf op basis van cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De verschillen per gemeente zijn groot: In de gemeente Overbetuwe stijgen de begrootte uitgaven van de gemeente met 21 procent, gevolgd door Veere met 19,4 procent. In andere gemeenten krimpt de begroting juist, zoals in Vught: min dik 15 procent. Maar gemiddeld is een duidelijke stijging te zien.
De Telegraaf maakte een handige kaart waarop je kunt zien hoe alle gemeentelasten in 2021 uitpakken.
Duurder afval, meer taken
De stijging van de gemeentelijke belastingen is voor een deel toe schrijven aan duurder afval. Recycling levert minder op en de belasting die gemeenten op hun beurt weer over afval moeten betalen is meer dan verdubbeld en dat wordt doorberekend naar de burgers.
Daarnaast neemt ook de onroerende zaak belasting flink toe. De klap komt in sommige gevallen dubbel aan: de waarde van de woning is gestegen én de heffingspercentages stijgen. De Vereniging Eigen Huis startte eerder al een petitie tegen deze kostenstijging.
Gemeentelijke heffingen zijn zo ongeveer de enige optie die de lokale overheid nog heeft om de begroting sluitend te krijgen. Veel gemeentes hebben er allerlei taken bijgekregen, zoals de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Slechts een deel van deze extra kosten wordt vergoed door het Rijk, de rest moeten gemeentes zelf regelen.