Voor huurders die een huurtoeslag ontvangen kan een ontslagvergoeding wrange gevolgen hebben. Een huurder uit Overijssel moest de Belastingdienst méér terugbetalen dan hij aan ontslagvergoeding kreeg. De rechter vond het oneerlijk, maar kon de huurder niet in het gelijk stellen.
Dat meldt de Woonbond. Het inkomen van de Overijsselse huurder werd door een transitievergoeding in 2016 dusdanig hoog vastgesteld dat hij duizenden euro's huurtoeslag moest terugbetalen plus enkele honderd euro's zorgtoeslag. Onder aan de streep ging hij er 700 euro op achteruit. Een transitievergoeding is onder ander bedoeld voor een steuntje in de rug bij het zoeken naar een nieuwe baan.
De huurder verzocht de Belastingdienst de transitievergoeding op te vatten als bijzonder inkomen, waardoor de vergoeding niet of slechts beperkt zou meetellen voor de huurtoeslag. De Belastingdienst weigerde dit. De huurder ging in beroep bij de rechter. In het vonnis oordeelt de rechter dat op deze manier de bedoeling van de transitievergoeding volledig teniet gedaan wordt, maar de wet biedt geen ruimte voor een uitzondering. Alleen de wetgever kan de wet veranderen.
Volgens de Woonbond heeft de wetgever geen plannen om de transitievergoeding voor de huurtoeslag als 'bijzonder inkomen' aan te merken zodat ontvangers van huurtoeslag een groot deel van de transitietoeslag naar de Belastingdienst moeten doorsturen.
- Woonbond/ontslagvergoeding