Een verzekeringsmaatschappij mag een consument een gereviseerd vervangend toestel aanbieden als de oude telefoon kapot gaat. De verzekeraar hoeft geen nieuw toestel te vergoeden, ook niet als het toestel net nieuw is.
Dat blijkt uit een niet-bindende uitspraak van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening. Zeven weken na de aankoop raakt de mobiele telefoon van de verzekerde beschadigd door een val. De verzekerde claimt de schade bij zijn telefoonverzekering, die als oplossing een gereviseerd toestel aanbiedt. De verzekerde gaat daarmee niet akkoord. Hij eist reparatie of een nieuw toestel.
Originele onderdelen
Bij de Geschillencommissie wijst de verzekerde erop dat een gereviseerd toestel geen gelijkwaardig toestel is. Aangezien het toestel slechts zeven weken oud is, is een nieuwe telefoon een passende oplossing. Bovendien vindt hij het eigen risico van 65 euro niet realistisch voor een gereviseerd toestel.
De Geschillencommissie denkt daar anders over. Volgens de voorwaarden moet de verzekeraar bij beschadiging het toestel vervangen door een gelijkwaardig apparaat. De verzekeraar heeft een toestel aangeboden dat de kwaliteitstest heeft ondergaan van nieuwe toestellen. Er zijn ook uitsluitend originele fabrieksonderdelen gebruikt. Zo'n toestel is gelijkwaardig en de verzekerde moet het daarmee doen.
- Kifid