Romke van de Kaa (72) is tuinexpert. Hij studeerde biologie, werkte in beroemde tuinen in Engeland en Ierland, had een kwekerij en schrijft tuinboeken.
1. Compost
Blauweregen houdt van doorlatende grond, maar die moet tegelijkertijd wel vocht kunnen vasthouden. Vul het plantgat daarom met compost voordat je een blauweregen plant. Geef water in tijden van droogte en kies een zonnige standplaats, want als hij minder dan 4 uur zon per dag krijgt zal hij niet bloeien.
2. Tweede leg
Sommige vogels hebben meer dan één broedsel per jaar. Een voorbeeld is de heggenmus, een onopvallende bruine vogel, te herkennen aan zijn rode poten. Hij is niet verwant aan de mus maar wel vaak in de heg te vinden. De heggenmus heeft soms in maart al jongen. Als die zijn uitgevlogen, volgt in mei de tweede leg.
3. Kasplantjes
Half mei zijn de IJsheiligen voorbij. Volgens de traditie kunnen nu pas de kuipplanten naar buiten, zoals de trompetbloem (Brugmansia). Zet ze niet op de tocht; daar zijn ze gevoelig voor bladluis. En hou afdekmateriaal bij de hand, want het kan toch nog weleens vriezen.
4. Flierefluiten
Nu het fluitenkruid uitgebloeid raakt, zijn de stengels stevig en hol en kun je er een fluit van maken. Snij een stengel vlak boven een bladaanzet af, én vlak boven de bladaanzet erboven. Het heeft dan een dichte boven- en open onderkant. Maak een snee overlangs en dan is het een zaak van blazen.
5. Smaakmakers
Basilicum kun je makkelijk kweken op het balkon. Er zijn meer dan tien variëteiten, elk met hun eigen smaak. Zo smaakt Thaise basilicum anijsachtig en het ras ‘Cinnamon’, met paars blad, naar kaneel.
6. Elegante sering
De geur van seringen is niet te evenaren, maar de struiken zijn hoekig en weinig elegant. Dat geldt niet voor Syringa microphylla ‘Superba’. Deze struik heeft sierlijke dunne takken en wordt nog geen twee meter hoog.
7. Goede start
Lathyrus kun je het best pas uitplanten als de nachten zwoel zijn, anders groeien de plantjes achteruit in plaats van vooruit.
8. Groen tapijt
Gras is goedkoop in de aanschaf maar duur in onderhoud. Je moet het maaien, bemesten en beluchten. Een alternatief is een gazon van klimop. Dat maai je maar eenmaal (in het voorjaar), met de grasmaaier op de hoge stand.