Leverkanker

Bij leverkanker zijn er afwijkende cellen op de lever te vinden.

De lever is het grootste inwendige orgaan van het lichaam. Het orgaan bevindt zich aan de rechterkant van de buik, net onder de ribben. De lever heeft veel functies: hij filtert afvalstoffen en andere schadelijke stoffen uit het bloed, produceert enzymen en gal, die een rol spelen in de spijsvertering, en in de lever worden chemicaliën en hormonen aangemaakt die voor het regelen van veel lichaamsfuncties nodig zijn. De medische benaming van levercellen is hepatocyten.

Van leverkanker worden twee soorten onderscheiden: primair (de kanker begint vanuit de lever) en secundair (de leverkanker is een uitzaaiing van kanker elders in het lichaam). Levercelcarcinoom is de meest voorkomende vorm van primaire leverkanker. Deze vorm van de ziekte ontwikkelt zich in de levercellen en richt schade aan onder andere, gezonde levercellen. Door voortdurende groei van met kanker aangedane levercellen kunnen kwaadaardige tumoren ontstaan.

In de beginfase zijn van leverkanker niet veel symptomen merkbaar. De ziekte is dan ook moeilijk te ontdekken. Naarmate de kanker zich verder ontwikkelt verschijnen er symptomen, zoals buikpijn en een opgeblazen gevoel, gewichtsverlies, misselijkheid, braken, vermoeidheid en geelzucht.

De medische wetenschap weet nog niet precies wat de oorzaak van leverkanker is. Wel is bekend dat chronische leverinfecties (zoals virale hepatitis B of C) en levercirrose de kans op leverkanker vergroten. Er zijn meer mannelijke dan vrouwelijke leverkankerpatiënten, en de ziekte komt het meest voor bij mensen ouder dan 60 jaar.

Leverkanker kan op verschillende manieren worden behandeld, afhankelijk van het type en de fase van de kanker. Chirurgische behandeling of levertransplantatie is alleen mogelijk als de tumor klein is en helemaal in het leverorgaan geborgen is. Als de tumor groot is, of zich tot buiten de lever heeft uitgebreid, kan chemo- of bestralingstherapie de symptomen verlichten en het leven van de patiënt verlengen, maar deze behandeling bieden geen uitzicht op genezing.

Auteur