Het menselijk lichaam is opgebouwd uit miljoenen cellen die variëren in vorm, afmetingen en functie. Cellen zijn de bouwstenen van alle verschillende weefsels in het lichaam.
In gezonde weefsels worden nieuwe cellen via celdeling aangemaakt, een proces dat mitose heet. Als cellen oud worden, 'vernietigen ze zichzelf'. Dit proces heet apoptose.
Er moet een zorgvuldig evenwicht bestaan tussen de aanmaak van nieuwe cellen en het afsterven van oude cellen. Kanker ontstaat wanneer dat evenwicht wordt verstoord doordat cellen zich ongecontroleerd gaan delen. Deze verstoring kan het resultaat zijn van een ongecontroleerde celgroei of het feit dat cellen niet langer in staat zijn om zichzelf te vernietigen. De klomp cellen die daardoor ontstaat, heet een tumor.
Een benigne, of goedaardige tumor, is de wildgroei van cellen die er normaal uitzien. Deze cellen blijven op de plaats waar ze zijn ontstaan. Maligne, of kwaadaardige cellen kunnen zich via de bloedsomloop of het lymfatische stelsel verplaatsen naar andere delen van het lichaam en daar nieuwe tumoren creëren. Dit proces heet uitzaaien.
Diverse vormen van kanker worden onderscheiden naar de plaats waar ze zijn ontstaan. Die plaats heet de primaire locatie. Als longkanker zich naar de hersenen uitzaait, wordt de hersentumor beschouwd als uitgezaaide longkanker, en niet als hersenkanker. De hersentumor wordt dan beschouwd als de secundaire locatie.