Voor huishoudens met een variabel tarief daalt de energierekening dit jaar met 2,5 procent. Dat is voor een gemiddeld huishouden zo´n zeventig euro. Die daling is gebaseerd op de tarieven van de drie grootste energieleveranciers. Deze drie houden hun stroom- en gastarieven gelijk. Tegelijkertijd wordt de belasting op energie verlaagd, zodat de energierekening onder aan de streep lager uitvalt.
Bij variabele tarieven wordt het tarief twee keer per jaar vastgesteld, op 1 januari en op 1 juli. Naar verwachting zullen de komende jaren de kosten voor het netwerk omhoog gaan. Ook kan de belasting vanaf 2021 stijgen. Volgend jaar kan dat resulteren in een hogere energierekening.
Vaste tarieven
Met vaste tarieven heeft een huishouden geen last van stijgende prijzen. Gedurende de looptijd van het contract, een tot vijf jaar, staan de tarieven voor stroom en gas vast. Kosten voor het netwerk en de belasting worden niet vastgezet.
Over het algemeen zijn vaste tarieven voordeliger dan variabele tarieven. Na de daling van dit jaar zijn de variabele tarieven nog steeds gemiddeld 75 euro hoger dan vaste tarieven. Ongeveer de helft van de huishoudens heeft een variabel tarief. Na afloop van een vast contract wordt het tarief automatisch omgezet naar variabel. Consumenten die hun contract al enige tijd niet hebben aangepast, zullen dus meestal een variabel tarief betalen. Zij kunnen besparen door het energiecontract aan te passen en eventueel over te stappen naar een andere leverancier.
Bron: Pricewise