Getty Images
Hoe zat het ook al weer met 'je' achter een werkwoord? En geldt die regel altijd? Hier volgt het juiste antwoord!
Officieel is het goede antwoord: A. Ook al staat er 'je' achter het werkwoord; het gaat in deze zin helemaal niet om 'je'. Het gaat om 'je vader'. Dat kan je vervangen door bijvoorbeeld 'hij'. Ook dan komt er een T achter: hoe hard rijdt hij?
Toch kan er wat verwarring ontstaan. Als je de zin anders interpreteert, alsof je het direct aan je vader vraagt, kan B ook goed zijn: hoe hard rijd je, vader? Dan zou het goede antwoord dus C zijn: het kan allebei. In dat geval hadden we er echter wel een komma tussen gezet.